Coby5000-op-reis.reismee.nl

vervolg NZ (2)

Start deel 3

Ik zat (vrijdagochtend 13 maart) ong. 10 km van de start (IML NZ)af, iets verder weg dan gehoopt, maar met auto goed te doen. De stad verkent, en daarna naar de start. Daar kwam ik direct 2 bekenden tegen ( Mike en Peter). Was gezellig even een bekend gezicht, even bijpraten. De opening was om half 6 ergens in het centrum, Mike wist waar, dus ik achter hun aan. Net op tijd kwamen we daar binnen, voor de welkomspeech, het binnendragen van de vlaggen, een welkomspeech en bijbehorende dans van de Maori’s , gevolgd door drankje en hapjes. Daarna met z’n allen door het centrum ( ong 3 kwartier), waarmee het event formeel geopend is. Aansluitend was er een nachtwandeling georganiseerd, waar een boswachter het e.e.a. over de flora en fauna vertelde. Zeker aan te raden dat te doen. De vervuiling van de lakes o.a. door de intensive veeteelt, maar ook door de toeristen, door het zand, tja door alles eigenlijk. Alles stroomt uiteindelijk naar de lakes toe, en enkele van deze meren hebben geen natuurlijke doorstroming, het gaat er wel in, maar niet uit. De oorspronkelijke flora en fauna is bijna niet meer aanwezig bijna alles is door geïmporteerde flora en fauna verdwenen. Dat is jammer en zonde. Overal in de bossen zie je melding dat je de blauwe/groene snoepjes niet moet aanraken, rattengif! We zien een possum, ook geïmporteerd. Na een uurtje, terug bij start, en na afscheid genomen te hebben van een Canadees echtpaar, rij ik terug naar m’n kamer. De wekker staat op half 8. De start is immers morgen om 9 uur.

Exact 9:00 uur inderdaad gaan we als groep van start, het aantal is 150 wandelaars, erg weinig en bedroevend. 4,5 jaar geleden waren dat er 2000. Waar zijn die gebleven? Het is een leuke route, bijna 100% door de bossen, gelukkig want het is erg warm op de kleine stukjes die we wel in de zon moeten lopen. Goed aangegeven. Ik loop vandaag veel met Theo, welke me allerlei tips geeft over wat ik zou kunnen doen op het South eiland, en dat ik ook beslist naar een Maori show moet gaan. Aan het eind van de dag bemerk ik dat hij foto’s heeft gemaakt die nog dezelfde avond op zijn facebook staan. Voor het eerst in m’n leven ben ik getagt, en krijg nog voordat ik het zelf heb gezien, reacties van m’n facebookvrienden. ik moet zelf eerst m’n wachtwoord op gaan zoeken, en baal er nu eigenlijk van dat m’n camera van m’n mobiel het heeft begeven, want dan zo u ik ook heel snel foto’s kunnen plaatsen… googlen leert mij dat “ camarafout” vaker voorkomt bij een bepaalde serie S5, dat wordt bij terugkomst in nl het toestel laten repareren…

Zaterdagavond ga ik inderdaad naar de Maori show en schiet de nodige foto’s. Wat maken die mensen een kabaal zeg! En wat kijken ze wild met hun ogen en ja die tong….. het is duidelijk dat ze wel soep van je lusten. Tegenwoordig vinden ze net als wij, elektriciteit, auto’s muziek en kleding en een huis net zo normaal als wij, toeristen, we hoeven niet bang te zijn zeggen ze. Zij hebben erg moeten wennen aan de moderne huizen: de deuren zijn zo groot, hoe moet je dat ooit verdedigen? En ja, slechts 1 huis voor alles: koken, slapen, tv, je zaak, je administratie, je opslag dat is ook wel even wennen geweest. We krijgen te zien hoe ze in een kano vaarden ( en zongen), hoe ze eten koken, de glowworms en hun heilige bron. Die net als de spring erg erg helder is, waar koud water in stroomt vanuit de grond. Tevreden en buikje rond, wordt ik afgezet om 22:30 bij m’n kamer.

Zondagochtend om 9:00 uur weer bij de start, vandaag een korte wandeldag door de stad zegt men. De eindtijd is immers al om 14:00 uur, want dan wordt iedereen gehuldigd. Ik zie Rinda zitten, zij is gisteren ook door Theo getagt, en samen gaan we op stap die dag. Ik begrijp dat zij ook al 14 dagen alleen rondreist daar NZ, alles per trein en bus doet, alle overnachtingen al geboekt heeft en in feite alle lange afstandswandelingen probeert te doen. Na de IML blijft ze nog 2,5 week op het zuiderlijk eiland en gaat vervolgens terug naar nl. Ze wil s-avonds nog een dierentuin bezichtigen, want daar zit de kiwi vogel en ja die mag je niet missen. Het is een avondvogel, die pas om 21:00 wakker wordt. We spreken af om met z’n tweeën te gaan. De wandeling zelf is best aardig, nog steeds veel bos, maar ook een stuk stad en ook een stuk langs veel pruttelende gaten, waar soms stoom, soms zwavelstank, soms modder uit komt. We stoppen bij het cultureel museum voor koffie en een broodje. Dat kost ons veel tijd en de rest van de tocht moeten we opschieten. We komen 10 minuten te laat binnen, maar krijgen toch onze stempels en de zo gewenste IML landbar van NZ.. Ik blijf nog even zitten, stel je voor dat ik nog iets win bij de loterij. Maar nee, niks. Ik vertrek, douche, eet wat en ga Rinda ophalen. Om 19:00 uur sta ik voor haar deur en rijden we naar de dierentuin. Inmiddels is het weer gaan regenen en donker. Op het parkeerterrein is het leeg en donker. We lijken de enigen te zijn, en ja dat was ook zo. Het is een leuke dierentuin, eigenlijk veel meer een park met een riviertje waar ze hier en daar een hok in hebben gebouwd waar dan beesten in zitten. De vissen bijvoorbeeld, kunnen zo vanuit de dierentuin naar het lake zwemmen als ze dat willen. Maar ja ze worden hier gevoederd, dus ze blijven. Het regent, nadat we alle hokken gezien te hebben, met hier en daar 1 beest erin, gaan we naar de shop en wachten daar tot het sein komt dat de Kiwi’s wakker zijn.

Inderdaad, tja een soort dikke kip, egaal donkerbruin/grauw, dikke verenvacht, de kop heeft geen kam, maar wel een erg lange dunne snavel die ze, net als varkens/miereneters, gebruiken om overal in te steken, overal waar ze denken dat er eten te vinden is. (boomstronken, grond). Daar zit erg veel kracht in, dat is duidelijk te zien. We mogen geen foto’s maken, ook niet praten. Ze zijn al een beetje van streek vanwege de regen en wind, (nog van Pam). Afijn na 20 minuten het gewoel te hebben aanschouwt gaan we weg. Inmiddels waren er drie auto’s op de parkeerplek, allen alleen voor dat vogeltje.

Ik breng Rinda terug en ga daarna naar ook naar m’n bed. Pam brengt inderdaad best wel wat regen en wat wind. Het valt allemaal wel mee, maar ben toch blij in een kamer te slapen en niet in m’n tent.

Maandagochtend pak ik de boel in, en vertrek richting het zuiden. Het zou fijn zijn als ik vandaag in Wellington zou kunnen arriveren, gezien de ervaringen, zie ik dat niet als haalbaar, want dat is toch dik 650 km. Alle andere dagen had ik met 200 km al moeite. Tot mijn verbazing zit ik om half 12 al in Taurangi, het maximaal reëel haalbare doel dacht ik. Dus ik ga door en door en door tot ik om half 6 Wellington in rij, de borden voor de Picton ferry volg en voor ik het goed door heb, dat terrein op rij. Ik parkeer en ga naar binnen, om te boeken. Dat blijkt voor de komende 2 dagen alleen voor morgenochtend om 8:00 uur nog mogelijk zijn, dus ik boek als m’n creditcard het tenminste doet. Die is immers geblocked omdat ik te vaak de verkeerde pincode heb gebruikt, zeggen ze. Afijn, ik mag nog steeds ermee betalen. Slapen kan er tegenover in een backpackers place. Ik wandel nog een rondje door de stad, lijkt best een leuke stad te zijn, maar in de regen en met die wind, na een dag rijden ga ik na een 3 kwartier weer terug. Ik douche, tracht m’n logboek bij te werken en ga naar bed. Ik heb mijn 2 andere kamergenoten ( een Braziliaan en een Duitser) aangegeven dat ik vroeg weg moest en lawaai zou maken. Was geen probleem.

De volgende morgen wordt ik niet door de wekker maar door een beller wakker. Nog te slaperig, was ik te laat en ja terugbellen met 2 anderen slapend in de kamer is ook niet handig. Bovendien is het een onbekend nummer. Ik besluit ondanks dat het te vroeg is, maar op te staan, uit te checken en naar de boot te gaan. Alwaar ik daar dan hoor dat ZIJ mij gebeld hebben om aan te geven dat de boot zeker 1,5 uur vertraging heeft door Pam. Dan maar in de slaapzak in de auto verder slapen, na 1 uurtje komen ze langs, maken ze me weer wakker, om aan te geven dat het een ruwe overtocht zal gaan worden. Dus misschien moet ik nu alvast maar een anti zeeziekpil slikken. Fijn. Ik doe een rondje langs de wachtende en biets een pil bij een Duits echtpaar. Om half 9 kunnen we aan boord, in plaats van half 8. En half 10 varen we weg. Het in en uitladen van die boot kost onwijs veel tijd, dit omdat er maar 1 ingang is, dus alle auto’s, vrachtwagens inclusief aanhangwagen moeten in de boot keren, anders kom je er niet meer uit. Dat kost natuurlijk tijd. Er gaat van alles in: vrachtwagens met bomen, asfaltwerktuigen, gas en olie vrachtwagens, heel veel campers en oja, nog een paar auto’s. Alles staat door elkaar heen geparkeerd, in alle richtingen. Het eerste half uur is er niks aan de hand, en is het erg leuk, soms krijg ik zelfs hoogtevrees als ik zie hoe ver weg het water soms is, maar na 1,5 uur besluit ik toch ook maar m’n pil te slikken. Het is in enen niet meer leuk. Het helpt, en na ong. half uur krijg ik onwijs veel slaap, en doe een dutje van 2 uur. Daarna is het water rustig, wordt ik wakker en na een tocht van 5,5 uur in plaats van 3,5 uur leggen we aan in Picton. Daar schijnt de zon en beland ik op een terras waar een nurse van de Queen mary 2 aan een tafeltje zit. Zij reist al 6 jaar rond op die boot, heeft vele havensteden gezien en is jaloers dat ik met de auto een land verken, ik doe het goed zegt ze, jij ziet tenminste nog iets. Waarop ik zeg, ja maar jij gaat al jaren de wereld over , dat lijkt mij nu juist fantastisch… ze tipt mij hoe ik aan zo´n baan kan komen, ook als ICT´re en daarna moet ze weg. Ik ga ook er vandoor en via de supermarkt en de i-Site beland ik op m’n camping met uitzicht over het meer. Onderweg zie ik die Queen Mary 2 liggen, inderdaad wat een gigant. Ook kom ik 2 fietsers tegen met eentje een karretje en zonnepanelen erop gemonteerd. Ik besluit in enen: inderdaad ik ga zo’n snelheidsduivel kopen, met zonnepanelen kar erbij, daarmee kom je de wereld wel rond, ook als er bergen zijn.

De volgende morgen besluit ik na lang intern beraad, niet langs de westkant van het eiland naar beneden te gaan, maar es hier de binnenlanden in te trekken. Er schijnt een wijnroute te zijn, veel proeven en eten. Lijkt mij wel wat. Voordat ik weg rij bij de camping schiet ik nog iemand aan die de Fjalraven tocht heeft gelopen in Zweden en verkrijg ik wat tips hoe ik aan toegangskaarten daarvoor kan komen, want dat lukt mij eigenlijk al 3 jaar lang niet. Afijn voor de officiële wijn tour ben ik te laat, dus ik ga zelf op zoek naar een paar van die wijnboeren. En al gauw blijkt dat het veel om het proeven gaat en niet om alles erom heen, ( de teelt, het maken etc.) Na 1 wijnboer voel ik hem al zitten en ga niet op zoek naar de volgende. Tenslotte moet ik ook rijden. Eindje verderop kom ik langs het lokale cultuur museum van Blenheim, en daar leer ik wel dat wat ik zocht over de wijn, sinds 1974 is de wijnteelt ontstaan hier en erg lucratief geweest. Uiteindelijk rij ik richting een basiscamping aan de oostkust. Daar aangekomen, blijkt het inderdaad een openbaar grasveld waar je mag kamperen, de zon is weg, het is er koud, erg winderig en ik heb geen zin daar m’n tent neer te zetten. Ik rij terug naar Picton en vind daar een prima camping, zij het dat de spoorlijn er vlak naast loopt. Overdag geen trein te zien, maar zodra het donker wordt gaan die dingen blijkbaar rijden in NZ. Wat een kabaal maakt zo’n rij met wagons ( vracht) op een stalenbrug. Die brug staat zo’n beetje boven m’n hoofd als je in je tent ligt. Dus de eerste keer wist ik niet wat me overkwam. Na 4 treinen weet je inmiddels beter en draai je je om.. het was erg koud, veel warmer als 8 graden is het niet geweest s’-nachts. Pam heeft duidelijke een ander weertype veroorzaakt, de temperatuur is zeker 10 graden gezakt ook overdag sindsdien. Ik ben blij met m’n winterslaapzak. Ook overdag loop ik net als in Nederland bij vertrek met m’n fleecevest aan. Blij dat ik toch ook wat warme dingen heb meegenomen uit Holland.

Inmiddels is het donderdag 19 maart, ik sta vroeg op, vandaag met de boot mee naar het einde van die eilanden voor een deel van de Queen Charlot walk, je wordt dan afgezet via een boot en een eind verderop weer op gehaald. Het was nat om 8 uur, maar om half 11 uur schijnt de zon. Er wonen hier nog mensen, maar er gaat geen weg naar toe. Alles wat men hier nodig heeft, wordt met de boot aangeleverd, diezelfde boot die mij afzet. Zo zit er een ouder echtpaar op de boot, die naar hun eventueel nieuwe vakantie huis gaan kijken met hun makelaar, een Engels stel wat naar familie gaat, een groep toeristen die gaan kanoën (inclusief 4 kano’s), en ook nog wat gewone toeristen. Het is een leuke tocht, veel door bos, over de heuvels heen. Hier en daar uitzicht op het water. Ben blij dat ik niet de gehele 4 daagse tocht doe. Onderweg een paar vrouwen van de Womenwelcomwomenworldwide.com club ontmoet. Dat geeft weer nieuwe mogelijkheden! Bij terugkomst, zit er een bon op m’n auto wegens verkeerd parkeren(40 NZD). Ik had hem juist op dit grote parkeerterrein gezet omdat ik dacht daar te mogen parkeren. blijkbaar niet goed gekeken. Ik ben niet de enige, beide auto’s die naast me staan hebben ook een bon, zaten ook op dezelfde boot toevallig.

Ik ga terug naar de treincamping, vind mp3 player terug tussen de spullen(hiep hoi). Morgen via Blenheim alvast door naar Kaikoura ofzo iets, voor de whaletrip die geboekt is.

Inderdaad de volgende morgen inpakken en weg, eerst langs de bibliotheek waar ik direct de bon betaal. Ik rij langs de kust naar Kaikoura, best een aardige route, rechts veel bergen, links de zee (Pacific Ocean). Halverwege stop ik voor een kop koffie, het is lekker weer, zonnetje schijnt. Ik ga naar het top 100 holiday Park van Kaukoira en zet m’n tent op. Je kan hier inderdaad een walvis tour maken, naar de diverse zeeleeuw kolonies , naar een Fiffy house, naar een Maouri cave en naar een lavendelfarm en een Donegal House. Verder kajakken, snorkelen, helikopter vlucht naar de walvissen en zwemmen met dolfijnen. Mijn buurman op camping komt voor de dolfijnen zwemmen, dat is s’-morgens vroeg om half 6 al. Mij te vroeg. Bovendien ik heb morgen om half 2 mijn walvistrip staan. Ik besluit naar de Italiaan te gaan omdat ik veel zin heb in een pizza, en inderdaad die was erg lekker. Nadien waait het flink, koude wind. Ik betwijfel of de tour morgen wel doorgaat. Ik kruip m’n tent in.

De volgende ochtend, hoor ik m’n buurman vertrekken, zoals hij al had gezegd, z’n auto start slecht. De startmotor is duidelijk niet in orde. Na 6 keer starten, slaat hij toch aan en weg is hij. Ik draai me om… om half negen sta ik op, douch, zet koffie, een schaaltje yoghurt, sinaasappelsap, in het zonnetje, met veel wind… IK besluit eerst naar de cave te rijden, net buiten het dorp, dit gaat niet door want de elektriciteit is broken, dus er is geen cavetour vandaag. Morgen waarschijnlijk ook niet. Ik ga door naar Fiffy huis, dat is open en het blijkt het huis van een van de eerste walviswaarders van die baai te zijn, gebouwd in 1830, de fundering is van walvisbotten en het is roze geschilderd aan de buitenkant. De zoon heeft het overgenomen, evenals de walvisvangst. Heeft een Europese vrouw getrouwd, die na het overlijden van haar man, 6 maanden later waarschijnlijk zelfmoord heeft gepleegd door het water in te lopen. Toen kwamen de Europeanen met hun grote schepen en de eens zo levendige baai, raakte uitgevist. Nu brengt de baai weer opnieuw inkomsten vanwege de toeristen die nog steeds komen voor de walvis. De Maourilegende dat de walvis Ohelo is goed voor de Maouri’s legende is nog steeds actueel.

Na dit Fify house maak ik een wandeling langs de kust en vervolgens naar de walvistour. Alwaar ik verneem dat deze niet doorgaat omdat er te hoge golven zijn. Misschien morgen? Ik maak een reservering voor half 10 zondagochtend, in de hoop dat het dan beter is. En tja wat dan? Inmiddels halverwege de middag, ik maak een rondje en beland op kleine stoffige grindpaatjes bij de lavendelfarm. Ze maken daar uit de lavendel, van alles: zeep, bakolie, kussens, lipbalsem, zelfs slaapbalsem. Leuk om te zien, maar ik kan me niet voorstellen dat iemand daar van kan leven. De farm staat overigens ook te koop, misschien niet voor niks.

Terug op de camping zie ik dat ik andere buren heb gekregen. Of het dolfijnzwemmen wel door is gegaan, geen idee. Na het koken ( kip met groente en zoete aardappels) ga ik naar de televisiekamer waar ik de fout maak om te vragen of er iemand is die naar die cricketwedstijd wil kijken, of kan ik hem op een andere zender zetten? Nou een slechte vraag had ik niet kunnen stellen in dit land. Daar kwam men juist voor! De rest van de avond wordt ik genegeerd in die kamer… :)

Na een goede nacht, en een droge tent sta ik om half 10 weer bij de walvistour club. De parkeerplaats staat vol met auto’s, echter een blik op het informatiebord geeft mij uitslag, alles is gecanceld voor de gehele dag. Waarom: nou de ochtend tour van half 7 is wel doorgegaan, maar zij moesten heel ver de zee op om 1 walvis te zien, tevens is het weer aan het omslaan, kortom het is ook vandaag geen goede dag.

Goed, na een kop koffie, stap ik in mn auto en rij verder langs de kust naar beneden op naar Christchurch. Onderweg maak ik een omweg via Hanmer Springs. Leuke plaats, veel toeristen, bergen, water. Ja had leuk kunnen zijn, maar ik moest door naar Christchurch. Ik ga maar direct naar een Top10 camping. Ja er is plek voor een tent, maar de cabins zijn vol. En tevens zijn ze behoorlijk duur, 88 NZD, i.p.v. de 30 die ik in Rotorua ervoor had betaald. Dat wordt mij te veel voor 2 nachten, dus dan toch maar de tent in de hoop dat hij morgenochtend niet al te nat kan worden ingepakt. De volgende morgen , inderdaad redelijke droge tent ingepakt en hub weg naar de stad, want ja daar was een aardbeving geweest en ik wilde wel zien hoe het daar nu mee stond. Zou er nog wat van te zien zijn? ik parkeer mijn auto bij de Northens Mall en ga verder met de bus. De chauffeur ontdekt dat ik voor het eerst de stad ga bekijken en sommeert mij om direct achter hem plaats te nemen in de bus en voordat ik het geeft hij allerlei info over de lege plekken waar de bus voorbij rijd. “daar stond ooit een winkel, een garage, etc. etc.”, Kijk dat zijn de enige 2 gebouwen die het hebben overleeft”. Ik stap uit bij het centraal station en ga op zoek naar de oude tram die rondjes rijd in de binnenstad. Ik loop eerst de verkeerde kant daarvoor op, wat mij bij een gotisch protestante kerk brengt met een bord “we’re open”. Dus oke, binnen zit een heer en een dame en ik raak in gesprek. Deze kerk heeft het overleeft omdat hij van hout is gemaakt, en we komen op de oorlog en de brug te ver van Nijmegen als onderwerp uit, en bijna een uur later loop ik weer naar buiten, op zoek naar die tram. Opnieuw de verkeerde kant op, maar wel langs een café, waar koffie te krijgen is, althans, ik merk dat ik m’n heuptas kwijt ben, waar m’n paspoort, m’n creditcard et cetera in zit. Die moet in die kerk liggen, dus ik terug. En ja daar ligt hij nog steeds. Afijn ik schrijf iets in het gastenboek en nu wel in de goede richting voor de tram naar een kop koffie. De tram is eigenlijk niks anders dan zo’n oude tram die je op historische dagen ook in Den Haag ziet rijden en de bestuurder geeft bij elk gebouw een toelichting hoe het was en wat je kan doen als je er nu zou uitstappen. Ik stap uit bij de Re:start, een uit containers opgebouwd winkelcentrum, want volgens de dame zou ik daar misschien wel een tweedehands rugzak kunnen krijgen. Nou wel Griekse broodjes maar nee geen rugzak. Ik loop door naar de botanische tuin, wat werkelijk een erg mooie tuin park is. Alles ziet er even mooi uit, bij elke boom staat een bordje wat het is, vele oude bomen. Een heel groot park, werkelijk een aanbeveling voor iedereen die van tuinieren houdt. Ik verlaat het park aan de andere kant, nog steeds op zoek naar een shop voor rugzakken. Ik beland in een andere mall maar het is sluitingstijd en ja, zie even verderop het treinstation. Daar is echter niemand, ook het loket is gesloten, geen busstop te zien. Dus ik loop naar een taxi die er wel staat en vraag de weg naar een bushalte, van een bus die naar de Nothlandmall gaat. Ik moet dan zeker nog 10 minuten wandelen en dan vind ik de Greenline, die mij terugbrengt naar de auto. Gelukkig geen bon dit keer. Dan op zoek naar m’n laatste camping voorlopig in new zeeland. Die blijkt aan de andere kant van Christchurch te liggen, aan het water, erg afgelegen, maar een veel leukere. Een ruime goede cabine met 4 bedden. Prima nacht, en de ochtend lekker veel zon, zodat m’n was snel droog is net als de tent. Ik pak alles in en ga naar het vliegveld, lever m’n auto in, en ga naar de check-in. Daar is mijn vluchtnummer niet te vinden en na 3 keer gevraagd te hebben beland ik bij de juiste balie, door douane en naar gate 34. Het boarden start een half uur later dan gepland en in enen hoor ik m’n naam omgeroepen worden, of ik naar de balie zou willen komen. Daar wordt mij verteld dat m’n boardingpass omgeruild gaat worden voor een stoel in de business class, want de economic zat te vol. Ik kon gelijk doorlopen en 5 minuten later zat ik in mn stoel met een glaasje champagne als welkomsdrankje…..

De vlucht verliep prima, zij het wat hobbelig. Daarom mochten er geen hete dranken worden geschonken, ondanks business dus toch geen koffie. Wel 2 films gezien. Boven Sydney moeten we een half uur rondjes draaien want het is er druk, we mogen niet landen. Uiteindelijk touchdown, Australia, here i come! Zou m’n tent ook het continent in mogen?

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!